Door Suzanne Clothier
Vertaling door Jan Tholhuijsen
Wanneer je denkt aan het gebruik van beloningen bij het trainen van de hond, wat is dan het eerste wat er bij je opkomt? Voor sommigen is het een voedseltraktatie, voor anderen een bal of speeltje Voor nog anderen is een beloning gelijk aan een lovend woord, dat eventueel vergezeld gaat met lichamelijke waardering (knuffelen, krabben etc.) Waar je ook aan denkt bij het woord “beloning”, de kans is groot dat je beloningssysteem je mogelijkheden om te belonen beperkt. Bij het samenleven en werken met honden hebben beloningen, evenals middelen om gedrag uit te lokken en verleidingen vanuit een bepaalde gezichtspunt, een eigen plek en waarde. Wat is precies een beloning, een verleiding of een middel om gedrag uit te lokken?
In het woordenboek is de definitie van beloning: “iets dat gegeven wordt in ruil voor iets dat goed of slecht gedaan of aangepakt is en dat vooral aangeboden of gegeven wordt voor een bepaalde dienstverlening”.
Een verleiding daarentegen is iets “dat dient om te besluiten of te beïnvloeden”.
Een middel om gedrag uit te lokken (in het Latijn “uitnodigen”) wordt gedefinieerd als “verleiden met een belofte van iets prettigs of iets wat profijt oplevert; het houdt in iets voor elkaar krijgen ……. door het aantrekkelijker te maken of mooier te maken dan het is.”.
Naar mijn idee is het belangrijkste verschil tussen een middel om gedrag uit te lokken en een verleiding de bedoeling achter het aanbod. Een verleiding is een duistere poging om te winnen of de controle terug te krijgen. Een middel om gedrag uit te lokken komt rechtstreeks uit het hart en is een oprechte poging om het leren gemakkelijker en een beetje prettiger te maken.
Een middel om gedrag uit te lokken is buitengewoon nuttig bij het aanleren van nieuwe oefeningen. Het overwint de onzekerheid of angst van het dier. Het is ook een middel om de interesse van het dier in jou of in jouw handelingen te vergroten. Een dier dat onzeker is over een bepaalde taak, over het werken met een trainingsuitrusting of op een ongewone ondergrond, kan vaak op deze manier met succes overgehaald worden. Door het gebruik van een middel om gedrag uit te lokken, maak je jezelf en je handelingen belangrijker voor het dier. Het kan ook een snelle manier zijn om een relatie tot stand te brengen en de medewerking van dieren te krijgen die je niet goed kent. Een dergelijk middel wordt aangeboden, voordat het gedrag zich voordoet. Het helpt ofwel direct bij het aanleren van het gedrag of het vermindert verwarring en angst of schakelt die zelfs uit.
Een verleiding wordt aangeboden in een poging om van de hond iets gedaan te krijgen wat hij eigenlijk helemaal niet wil. Dit aanbod vindt meestal plaats precies voorafgaande aan (“wanneer je dat doet, krijg je dit”) of valt samen met het commando (“Ik maak het de moeite waard voor je om te gehoorzamen”). Ik gebruik verleidingen zelden en doe het alleen om de betekenis van een bepaald voorwerp of activiteit snel te verminderen en tegelijkertijd de aantrekkelijkheid van wat ik de hond vraag te vergroten. Dit is GEEN trainen, maar eenvoudig een doeltreffende manier om tijdelijk een bijzonder gevaarlijke of frustrerende toestand op te lossen. In dat kader kunnen verleidingen krachtige instrumenten zijn. Een hond die blij rond het huis rent met een halve kip, zal die niet op commando laten vallen (als hij dat niet doet, leer het hem dan later op een minder lastig, ogenblik). Hij zal het zeker willen “ruilen” voor een stukje kaas dat op een dramatische manier wordt aangeboden of voor het tevoorschijn gehaalde lievelingsspeeltje. Buiten in de tuin “pak me dan” spelen is voor ons een frustrerend spel, geliefd bij honden (vooral pubers) en verafschuwd door baasjes. Het succes voor het baasje kan vergroot worden door het onverwachts schudden met een blikje met stukjes lever of iets anders waar de hond gek op is.
Een beloning is een kans om te zeggen: “Bedankt, ik vind het echt heel fijn wanneer je dat doet!” Dit kan variëren van een rustig “dank je”, of een zacht klopje op de kop tot een uitbundige dans van verrukking of een stortvloed van brokjes. Een beloning komt altijd onverwacht, ongezien en na het juiste gedrag of de juiste reactie. Er zijn drie belangrijke criteria voor het met succes toepassen van beloningssystemen: timing, kwantiteit en variatie.
Timing
Timing is waarschijnlijk het meest in het oog springend aspect van elk beloningssysteem. Om doeltreffend te zijn moet een beloning gegeven worden binnen drie seconden na een gewenst gedrag (en ideaal alleen voor dat gedrag). Anders kan de hond de beloning onbewust beschouwen als gegeven voor een ander, daaropvolgend gedrag of zelfs voor een tegenstrijdig gedrag. Terwijl ik één van mijn honden leerde om bij de achterdeur te blaffen, wanneer hij naar buiten moest, beoordeelde ik zijn reactie verkeerd. Ik was zo gefocust op het blaffen dat ik zijn, als een idioot, rondspringen negeerde. Toen hij eindelijk blafte, beloonde ik hem onmiddellijk door hem te prijzen en de deur te openen. Volgens mij, taak volbracht. Jammer genoeg, had hij tijdens een sprong geblaft en was toen beloond en meende daarom dat springen en blaffen het gedrag was waarvoor hij was beloond. Het duurde een tijdje om hem van gedachte te laten veranderen.
Timing is een belangrijk onderdeel van de omschrijving van de criteria voor succes. Met andere woorden, wanneer ik een puppy les geef, krijgt ze 15 – 30 seconden de tijd om mijn verzoek te verwerken en overeenkomstig te handelen. Een oudere hond of een puppy die meer training gehad heeft, krijgt slechts 5 – 10 seconden om succesvol te handelen. Deze tijdspanne is het criterium voor succes. Wanneer de tijd die ik vooraf bepaald heb wordt overschreden, dan handel ik volgens varianten die ik tevoren bedacht heb. Ik kan de tijdsperiode verlengen, het verzoek veranderen, helpen met een lokmiddel of bevestiging of de oefening helemaal stoppen. Ik ben heel nauwgezet in de criteria voor succes. Op die manier geef ik de hond duidelijke richtlijnen, in termen van toegestane tijd, over wat een succesvolle uitvoering is.
Wanneer de vaardigheid van de hond toeneemt worden de criteria voor succes versmald. Toen mijn jongste hond een puppy was, werd ze geleerd om te “zitten” of “af te liggen” voordat ze door de deur mocht. In het begin had ze 30 seconden de tijd om het uit te zoeken en kreeg dan de beloning van het openen van de deur. Langzaam werd het criterium voor succes versmald. Nu 18 maanden later krijgt Otter drie seconden om te gehoorzamen of ik “trek” het aanbod eenvoudig terug door weg te lopen en haar een paar seconden te negeren alvorens het opnieuw te vragen.
Een inconsequente uitvoering heeft vele kanten, maar voordat je er de hond de schuld van geeft, moet je zorgvuldig je timing evalueren. Als uitstekende waarnemers weten honden meer van timing dan je zou verwachten! Uiterste voorspelbaarheid (bijvoorbeeld altijd de hond roepen vanuit “blijf “ 4 tot 7 seconden nadat je je omgedraaid hebt en naar hem kijkt) kan tot problemen leiden bij het trainen, net zo gemakkelijk als extreme variatie. (soms bekrachtig je een commando na 3 seconden soms pas na 9 seconden).
Timing is cruciaal wanneer je probeert een perfecte uitvoering te krijgen. Beschouw het als rijden op een snelweg, terwijl je wacht tot een vriendin je zal vertellen welke afslag je moet nemen. Wanneer haar timing uitstekend, is zul je de juiste afslag nemen. Als haar timing slecht is, mis je de afslag of begrijp je haar mededeling verkeerd en denk je dat ze de volgende afslag bedoelt. Houd je timing exact en controleer door werkelijk te tellen of met je horloge, zodat je niet toevallig voorspelbaar wordt. Bijvoorbeeld wanneer je met een commando de hond terugroept, vooruit stuurt of vrij geeft.
Kracht
Om doeltreffend te zijn moet de kracht van de beloning passen bij de moeilijkheidsgraad van de oefening. De moeilijkheid kan fysiek, geestelijk of emotioneel zijn, of een combinatie van die drie. Een angstige hond die een vreemde toestaat om haar te onderzoeken (hoge mate van emotionele moeilijkheid) moet een krachtiger beloning krijgen dan een hond die de hele oefening niet bijzonder stressvol of moeilijk vindt. Een nieuwe oefening leren is geestelijk moeilijker dan een reeds geleerde- en gebruikelijke reactie laten zien. Een muur van 1.80 meter beklimmen scoort afhankelijk van de fysieke kwaliteiten van je hond hoger op de fysieke moeilijkheidsschaal dan over een 20 cm hoge plank springen.
De moeilijkheidsgraad van iedere oefening zal ook afhangen van specifieke kenmerken van het ras, van structurele en functionele kwaliteiten, temperament en wil om te werken voor die specifieke taak. Een Border Collie leren aan de voet te volgen kan lager scoren op de moeilijkheidsschaal dan met precies dezelfde nauwkeurigheid, hetzelfde leren aan een Schotse Terrier. Maar zelfs onder Border Collies kan voor een hond met fysieke problemen, armzalig temperament en een minder dan ideale werklust het “aan de voet volgen”, een veel moeilijker oefening zijn. Een lange lijst van variabelen maakt het vooraf onmogelijk aan te geven wat voor een willekeurige hond bij een bepaalde oefening de moeilijkheidsgraad en dus de meest geschikte beloningskracht is. Wanneer je uit het voorafgaande dit idee hebt meegekregen, dan heb je gelijk! Iedere hond is een individu en de kracht van een beloning moet voor ieder individueel afzonderlijk bepaald worden.
Over een bepaalde periode bezien, laat de juiste koppeling van beloningskracht met de moeilijkheidsgraad een glijdende schaal van beloningen zien. Wanneer een oefening minder moeilijk wordt voor de hond, is minder beloningskracht vereist om dat niveau van uitvoering te handhaven. Het is niet geschikt of nuttig om een volledig getrainde hond dezelfde beloningskracht voor”zitten” te geven dan je deed toen hij een puppy was en het voor de eerste keer leerde. Dit zou net zo dwaas zijn als een geweldige ophef maken over een volwassene die voor de duizendste keer in een jaar zijn handtekening zet. Die drukte zou juist zijn bij een eerstejaars die probeert de beginselen van het schoonschrijven meester te worden.
De kracht van de beloning is strikt genomen afhankelijk van de mate waarin de hond die kracht ervaart. Een hond die niet bijzonder graag apporteert zal een tennisbal een zeer lage beloningskracht vinden (en misschien zelfs helemaal niet waarderen als beloning) Voor een apporteer-fanaat kun je niets beters vinden met een grotere kracht. Ik ken honden die een hele biefstuk links zouden laten liggen wanneer ze hun favoriete bal krijgen aangeboden en anderen, die een speeltje veel liever zouden hebben dan een brokje. Nog anderen geven brokjes of speeltjes op in ruil voor buitengewone fysieke lof van de trainer, terwijl ze de stukjes lever eten en de bal pakken nadat het emotionele hoogtepunt voorbij is.
Kracht is ook afhankelijk van de frequentie waarmee de beloning wordt aangeboden. Een beloning die de hond enorm waardeert verliest zelden zijn aantrekkingskracht, hoe vaak hij ook gegeven wordt. Beloningen die minder gewaardeerd worden verliezen sneller hun aantrekkingskracht. Weet je wat de top vijf beloningen van je hond zijn en hoe ze scoren op het krachtschema van je hond? Nog belangrijker is: kom jezelf voor op de lijst van beloningen van je hond?
Een goede vuistregel is: hoe minder innerlijke beloning (van nature prettig voor de hond of overeenkomstig zijn instinctmatig gedrag) een oefening is, hoe sterker de kracht die vereist is. Bijvoorbeeld een retriever zal eindeloos willen apporteren. Dit is een gedrag dat hij prettig vindt, zonder de noodzaak van veel of weinig beloning anders dan de activiteit zelf. Maar als je probeert een Schotse windhond apporteren te leren, zal de beloningskracht zeer hoog moeten zijn. (Dit helpt het feit te compenseren dat windhonden in de regel niet bijzonder blij zijn met, of het nut inzien van, achter voorwerpen aan te rennen en terug te brengen naar de zorgeloze eigenaar, die ze eerst zelf heeft weggegooid!). Om het apporteren van de Schotse windhond te verbeteren en daarna te handhaven moet de kracht van de beloning relatief groot blijven. Zelfs wanneer het gedrag geleerd is, omdat het zo drastisch afwijkt van zijn natuurlijk gedrag, dat het anders snel zal verslechteren. In het algemeen geldt, dat hoe meer een hond plezier heeft in een activiteit, hoe minder beloningskracht er nodig is om dat gedrag te leren, te verbeteren en te handhaven.
Variatie
Op een dag wanneer je in een buitengewone gulle bui bent, ben je onverwacht vriendelijk voor een vriendin. Ze is zo verbaasd over je gebaar en je attentie, dat ze je een kaartje stuurt en een klein boeket bloemen. Op jou beurt ben jij verrast en blij om deze onverwachte “beloning” voor je actie. Een paar weken later denk je aan je vriendin wanneer je aan het winkelen bent en in een opwelling neem je een potje jam mee, waarvan je weet dat ze er van houdt. Je verwacht geen beloning, je wilt alleen je genegenheid uitdrukken. Opnieuw stuurt ze je een kaartje en een klein boeket bloemen. Precies dezelfde rangschikking van de bloemen en precies hetzelfde kaartje.
Je probeert niet stil te staan bij haar reactie. De volgende keer wanneer je haar een plezier doet en je krijgt hetzelfde kaartje en hetzelfde boeket, begin je toch wel na te denken. Het plezier en de verrassing die je de eerste keer voelde toen je die kaart en die bloemen kreeg, begint toch op de een of andere manier te veranderen in een vage irritatie over diezelfde verdomde kaart en stomme bloemschikking. Je begint te twijfelen aan de waarde van jouw geschenken aan haar. Of je nu een kwart pak melk voor haar meeneemt of een uur omrijdt om haar schoonmoeder van het vliegveld te halen, haar reactie is altijd hetzelfde. Die kaart en die bloemen. Het is niet alleen de onjuiste reactie, maar vooral de tandenknarsende herhaling die je verveelt. Je begint je motivatie te verliezen om haar te helpen of haar onverwachte geschenken te geven. Zij is zo vervloekt voorspelbaar!
Maar als er nu eens kaartjes voor een stuk op Broadway komen met haar dank, na de tocht naar het vliegveld? Wat als in reactie op het meebrengen van de melk ze langs kwam met een warm geelbruin broodje of met verse kruiden? Wat wanneer je thuiskwam van een weekend weg om te ontdekken dat ze je groentetuin had geschoffeld en een in alle opzichten dwaze hoed op je vogelverschrikker had gezet als een manier om te zeggen “Bedankt voor het babysitten die middag”? De variatie van haar “beloningen” op jouw “gedrag” zouden zeer motiverend zijn en je aanmoedigen om door te gaan met geven en nemen. De beloningen zouden ook hoger scoren in kracht omdat ze nieuw en onvoorspelbaar waren.
Denk je dat een hond anders is? Variatie en kracht zijn nauw verbonden. Mijn honden willen werken voor voedsel, voor lofprijzing en klopjes, voor tennisballen, stokken of frisbees en lijken te leven voor de sensatie van het aanvallen van een lopende tuinslang. Zij willen speciaal hard werken voor bepaalde voorrechten die hun toestaan om bij me te zijn, zoals de “enige hond” die meerijdt in een vrachtwagen of het voorrecht om een “schuurhond”te zijn voor klusjes ‘s-avonds. Het belangrijkste is, dat ze allemaal vrolijk werken (en precies zoals ik wil) omdat zij niet weten wat de beloning zal zijn. Ik kan een jonge hond uit een spelende groep roepen en haar verrassen met een stukje lever uit mijn achterzak. Een andere keer roep ik haar en beloon haar met royaal gesproken lof en een grote knuffel, voordat ik haar wegstuur om weer te spelen. Een andere dag kan het een speeltje zijn dat ik vond of de kans om samen krijgertje te spelen of eenvoudig samen een buitengewone “goede honden”dans uit te voeren. Het is hetzelfde met stukjes oude lever of een bal of iets anders. Het is de variatie in beloningen.
Heel vaak vertellen trainers me dat hun hond alleen werkt voor ballen of voedsel of voor wat dan ook. Zij menen het echt! Laat ik het voorbeeld een beetje oprekken. Stel je een echtgenoot voor die zegt dat alleen diamanten zijn vrouw gelukkig maken. Zet je dan geen vraagtekens bij die relatie? Of de vrouw is erg oppervlakkig en beperkt in haar omschrijving van prettige ervaringen, of de echtgenoot geeft geen “beloningen”, maar diamanten. In mijn ervaring handelen trainers, waarvan de honden slechts voor een beloning werken op die manier, omdat ze de hond geleerd hebben dat een bal of een brokje of wat dan ook de enige beloning is. Het is aan de trainer om zoveel mogelijk manieren te ontdekken om de hond een plezier te doen, op te winden, te stimuleren en te motiveren en al die beloningen te gebruiken bij het trainen. Een hond moet begrijpen dat iets een beloning is. Mijn honden groeien allemaal op terwijl ze leren dat gekke spelletjes plezierig zijn en plezier is altijd een nuttige beloning.(Wees voorzichtig voordat je besluit dat je nu ook je eerder met brokjes/speeltjes getrainde hond gaat belonen met grappige spelletjes. Je kunt eindigen als een rond springende idioot, terwijl de hond je vol verbazing aanstaart en zich afvraagt wat er in hemelsnaam met zijn stukjes lever en frisbee is gebeurd!)
Hoe meer beloningen je tot je beschikking hebt, hoe meer je in bijna elke situatie kunt trainen. Je hoeft niet te zoeken naar dat speciaal brokje of speeltje of wat dan ook. Je kunt als beloning zelfs je eigen opwinding, oprecht plezier en de bereidheid om je hond te amuseren met een leuk tikkertje spel, gebruiken. Trainers hebben de neiging zich slechts op één of twee beloningen te concentreren. Daarbij zich niet realiserend dat het in bepaalde omstandigheden de mogelijkheid om de hond te laten weten, hoe goed dat hij het doet, ernstig beperkt. Wanneer je bijvoorbeeld altijd beloont met tennisballen en mondelinge lofprijzingen, wat doe je dan als je hond dertien jaar is, doof en niet meer in staat is een bal achterna te rennen? Wat gebeurt er als je je stem kwijtraakt of geen bal meer weg kunt gooien? Wanneer ik alleen nog maar mijn spieren van mijn gezicht kan bewegen, heb ik nog steeds enige nuttige beloningen over. Sinds mijn honden veel gekke spelletjes geleerd hebben door het knipperen van de ogen, knipogen en veranderingen van gezichtsuitdrukking.
Op een camping deden we een “stilte”training, een normaal gehoorzaamheidsprogramma, maar de trainers moesten wel volkomen stil zijn. De helft van de honden werd bang en was zeer verward. Nog eens 25% van de honden was angstig, maar kreeg voldoende aanwijzingen door glimlachen en lichaamshoudingen om te blijven werken. Toch was de opluchting op hun gezicht goed te lezen toen de trainers hun stemmen weer gebruikten! De resterende honden hadden geen problemen en werkten zoals normaal, aangezien hun trainers vertrouwden op vele verschillende vormen van communicatie en beloning.
Bekijk het eens op deze manier. Je werkgever heeft maar een manier om zijn werknemers te belonen: een hogere positie krijgen via een voorspelbare tijdstabel. Hoe motiverend is dat voor jou?Wanneer je bent zoals de meeste mensen, weet je dat, tenzij je de boel verprutst, de stijging zal plaatsvinden. Onafhankelijk van de eindejaars toespraak of hoe je harde werken werd gewaardeerd, is de kans groot dat de beloning om werkelijk motiverend voor je te zijn, veel te laat na de inspanning komt.
Maar wat zou er gebeuren, wanneer je werkgever op een namiddag rondliep, over je schouder keek en opgewonden raakte over je werk aan een project en je onmiddellijk je jas aanreikte en je 100 euro gaf vergezeld van de beste wensen en een plezierige vrije middag? Wat als je onverwachts 10% bonus in je wekelijkse loonzakje kreeg als beloning voor een taak die je de laatste 7 dagen uitstekend gedaan had? Of eenvoudig een T-shirt kreeg met de tekst: “werknemer van de dag”? Of je vindt op een morgen een nieuw drinkglas of klein doosje met chocolaatjes op je bureau met een bedankje van de baas voor het overwerken? De kans is groot dat je gemotiveerd wordt om harder te werken. Waarom? Omdat het echte beloningen waren. Onopgemerkt voordat ze er waren, onverwacht en nieuw door hun variatie.
Wees creatief. Ontwikkel je eigen gereedschapskist met beloningen van gevarieerde sterkte (alles van een eenvoudig “bedankt” tot een zingend telegram met “WOW! Wat een hond!) en met verschillende zaken: aanraking, smaak, reuk, gehoor, zicht, tederheid, opwinding, lachen, actief zijn, passief zijn, vrijheid, intimiteit, een “dag vrij”en al de vele wonderlijke dingen die je hond blij maken dat hij leeft. Dit kan zo iets eenvoudigs zijn als een goede knuffel voor je Basset en dan een lange wandeling, waarbij je hem toestaat volop te snuffelen tot zijn volle tevredenheid zonder dat hij krijgt te horen ”Niet snuffelen”. Het kan betekenen dat je de bal 20 keer meer gooit dan je werkelijk van plan was, omdat je hond dat het allerleukste vindt. Wanneer je oplet zullen jij en je hond ontdekken dat de wereld vol beloningen is en dat de grootste daarvan is: gewoon bij elkaar zijn.
Frequentie en variabiliteit (Lassie gaat naar Las Vegas)
Veel trainers raken de weg kwijt raken en scheppen onbewust trainingsproblemen bij het toepassen van de frequentie of variabiliteit waarmee de beloningen worden gegeven. Hoewel het op het eerste gezicht van geen betekenis lijkt te zijn, werkt een beloning voor iedere oefening NIET motiverend. Een willekeurige bekrachtiging op een aangeleerde reactie is de krachtigste beloning van allemaal. Waarom?
In een experiment met ratten namen onderzoekers twee groepen, die getraind waren om op een hefboom te drukken om voedsel te krijgen. In de eerste groep kreeg een rat iedere keer wanneer hij op de hefboom drukte, een voedselballetje. In de tweede groep werd een voedselballetje gegeven met willekeurige tussenpozen. Na een gejaagd begin om te werken voor voedselballetjes, hadden de ratten uit de eerste groep nauwelijks meer belangstelling en duwden alleen nog op de hefboom als ze wilden eten. In de tweede groep begonnen de ratten te handelen zoals spelers in Las Vegas bij een gokmachine. Geen reactie van de machine, maar zij bleven hem voeden met stuivers! Ondanks het feit dat ze de hefboom heel vaak moesten indrukken en dat het voedselballetje slechts met tussenpozen verscheen, werkten deze ratten heel hard. Uiteindelijk besteedden sommige ratten meer energie aan het drukken op de hefboom, dan geleverd werd door het voedsel (honger en behoefte als motivatie uitsluitend) Om het vanuit menselijk oogpunt te beredeneren: hun wil om door te gaan met het drukken op de hefboom met geen garantie voor een beloning, schrok hun niet af maar stimuleerde hun juist om nog een keer op de hefboom te drukken. Ik vraag me af of sommige in zichzelf mompelden: “Ik weet zeker dat het deze keer lukt. Ik voel me nu al gelukkig!”
De kracht van beloningen die met tussenpozen gegeven worden, maakt gokken (in welke vorm dan ook, in een casino of in een dagelijkse loterij) zo aantrekkelijk. Je kunt in een paar weken 100 euro uitgeven in een dagelijkse loterij. Toch is 50 euro winnen zo spannend dat je niet de moeite neemt om uit te rekenen dat je eigenlijk 50 euro verloren hebt. Natuurlijk zit in die dagelijkse gok de “verlokking” van een veel grotere beloning dan louter 50 euro.
Het schema van beloningen beweegt stapsgewijs van een beloning voor iedere poging naar willekeurig belonen. Dit wordt bepaald doordat het dier een constant betrouwbare uitvoering laat zien van een opgegeven oefening. Je moet het schema waarmee je werkt goed in je hoofd hebben zitten. Wanneer er dan problemen ontstaan kun je gemakkelijk een stapje terug doen.
Willekeurig belonen geeft je
meer correcte herhalingen van een gedrag voor dezelfde beloning (bv. tien keer “zit” voor een koekje, in plaats van een keer “zit” voor een koekje)
de mogelijkheid een serie oefeningen aan elkaar te koppelen die uitgevoerd moeten worden , voordat de beloning wordt gegeven (bv. het aan de voet komen via een heel nieuw patroon, voordat je er je lovend over uitlaat Bedenk wel dat wanneer je traint, je hele gedragsketens schept. Het terug roepen bijvoorbeeld is een gedragsketen, die er vereenvoudigt als volgt uitziet:
Gedrag een: “Zit”/ “Af” blijven, en
Gedrag twee: Naar de baas toelopen, en
Gedrag drie: “Zit” voor de baas.
Alle drie de gedragingen tezamen = Terug roepen
Wanneer de oefeningen aan elkaar gekoppeld worden, ben je al begonnen met willekeurig te belonen of je het beseft of niet. In het begin bij het leren van “blijf”, beloonde je dat gedrag. Wanneer je de hond vroeg om naar je toe te komen, beloonde je dat gedrag. Wanneer je hem leerde recht voor je te gaan zitten, beloonde je dat gedrag. Spoedig daarna beloonde je niet langer het “blijf”, maar gaf je een beloning voor het naar je toekomen en de grootste beloning wanneer de hond recht voor je ging zitten. Na een tijdje gaf je alleen nog een beloning na het zitten. Wanneer je een eindpunt aan de terugroep oefening plakt, heb je zelfs nog meer oefeningen aan elkaar gekoppeld en stapsgewijs wordt de beloning uitgesteld tot de hond naast je voet zit.