Door Suzanne Clothier
Vertaling door Jan Tholhuijsen
Op een bepaald moment krijgt iedere eigenaar te maken met gedragsproblemen van zijn hond. Begrijpen waarom je hond doet wat hij doet en de situatie op een goede manier aanpakken kan het probleem snel oplossen. Hierna volgen enige basisbeginselen die in bijna alle probleemsituaties toepasbaar zijn.
Geef leiding aan je hond en je zult controle over de situatie hebben. Door hem een halsband en riem aan te doen, kun je de hond leiding geven. Voor veel honden betekent hun trainingsuitrusting dat ze moeten werken, het geen speeltijd is en dat kan helpen in probleemsituaties. Een hond aan een riem kan niet weglopen, mensen of andere dieren achterna jagen. Zijn eigenaar kan hem laten begrijpen wat hij moet doen, door hem via de halsband en riem leiding te geven.
Wees positief. Zeg in plaats van “NEE” iets positiefs tegen je hond, iets wat hij voor je kan doen, zoals “zitten” of “aan de voet komen”. Deze positieve benadering betekent dat je hem royaal kunt prijzen voor zijn goed gedrag, in plaats van naar hem te schreeuwen. Tegen een hond die tegen je opspringt kun je bijvoorbeeld zeggen dat hij moet gaan zitten. Als het nodig is kun je hem daarbij helpen en kun je hem daarna prijzen omdat hij is gaan zitten.
Sta een hond toe om hond te zijn. Het is vaak zo, dat wat eigenaars als probleemgedrag beschouwen, eenvoudig een normaal hondgedrag is, dat zij onplezierig of vervelend vinden. Bijvoorbeeld, graven is een natuurlijke activiteit voor een hond, maar vervelend voor de trotse eigenaar van een tuin. In plaats van hem een uitbrander te geven, voor iets dat uit zijn aard voortkomt, is het vriendelijker een plekje in de tuin te kiezen, waarin je kleine traktaties begraaft om het voor hem op die plek aantrekkelijker te maken dan in de rest van de tuin en hem te prijzen als hij in “zijn” tuin graaft. Wanneer natuurlijk gedrag in botsing komt met wat jij wilt, wees dan creatief en kijk of je een uitweg kunt vinden, die jullie allebei tevreden stelt.
Wees consequent. Het is niet eerlijk ten opzichte van je hond om de regels voortdurend te veranderen. Afhankelijk van wat voor kleding je draagt, wie er op bezoek komt of het soort dag dat je hebt gehad. Wanneer hij op de stoel of bank mag liggen, zal hij in verwarring raken als je naar hem schreeuwt, omdat tante Bea die op bezoek is, vindt dat honden niet op stoelen of banken mogen zitten! Als hij tegen je op mag springen als je een jeans en sweatshirt draagt, wees dan niet verbaasd dat hij het verschil tussen die kleding en een avondjurk niet kent. Hoe je regels ook zijn, wees consequent.
Laat je hond er iets voor doen, wanneer hij iets wil hebben. Terwijl iedereen nu en dan de behoefte heeft om iets gratis te krijgen, zal je hond niet denken dat je een geweldige baas bent als je met hem speelt, met hem wandelt, hem eten geeft en hem vertroetelt wanneer hij er om vraagt. In feite veroorzaakt dit vaak problemen omdat vanuit het oogpunt van de hond een baas , die “opgevoed” kan worden, er niet een is, die veel respect verdient. Leer je hond om “asjeblief” te zeggen door hem te laten zitten, af te laten liggen of andere commando’s op te volgen, voordat hij krijgt wat hij hebben wil.
Wees duidelijk. Eigenaren brengen hun honden vaak in verwarring door woorden of commando’s te veranderen en ze steeds opnieuw te herhalen. Het wordt de hond verder niet duidelijk gemaakt wat de bedoeling is.
Het ergste van alles is, dat men er zonder meer van uitgaat dat de hond het begrijpt Laat je hond in geval van twijfel, vriendelijk en met een fysiek gebaar zien wat precies de bedoeling is. Geef tegelijkertijd het commando, zodat hij die twee dingen met elkaar in verband kan brengen. Gebruik duidelijke, toegespitste commando’s, wanneer je je tot je hond richt en let er op dat de toon waarop je hem prijst opgewonden, enthousiast en overdreven is.
Denk eraan dat, terwijl wij woorden gebruiken om met elkaar te communiceren, honden meesters zijn in het lezen van lichaamstaal. Wanneer je lichaamstaal de hond iets zegt, maar je stem vertelt je hond iets heel anders, is de kans groot dat hij je lichaamstaal gelooft. Daarom krijgen mensen die zich met een opgestoken vinger naar een hond toebuigen, terwijl ze hem een standje geven met de woorden: “Nee, nee, nee|, vaak een speels geblaf als antwoord. Hun lichaamhouding lijkt veel meer op een hond die uitnodigt om te spelen, dan op een hond die zich ergert of boos is.
Beweeg, beweeg, beweeg. De meest voorkomende oorzaak van probleemgedrag is verveling en gebrek aan voldoende lichaamsbeweging. Terwijl jij werkt en uitgaat, heeft je hond weinig tot niets te doen en zijn behoefte aan lichaamsbeweging zal niet verdwijnen. Een bekende tuin of een bekend huis is dodelijk saai en weinig honden bewegen uit zichzelf zonder samenspel met hun baas. Neem de tijd om met je hond te spelen, jog met hem, wandel in de bossen, zwem of maak iedere dag flinke lange wandelingen. Een vermoeide hond is altijd een hond die zich goed gedraagt!
Zorg voor mentale stimulering. De suggestie van Dr. Roger Abrantes is: gebruik 1/3 van het voedsel van de hond als lekkers bij het trainen; 1/3 gewoon in de etensbak en 1/3 om “op te sporen”. Gebruik hiervoor een van de prachtige, interactieve speeltjes, waarbij de hond moet werken om het voedsel uit de speeltjes te krijgen.(zie noot vertaler) Dit “alleen thuis” 1/3-1/3-1/3 programma helpt je hond wat energie kwijt te raken en bezorgt hem de nodige uitdaging.
Begrijp de genetische achtergrond van je hond. Of je nu de eigenaar bent van een Doberman, van een Beagle, een Samoyeed of een Westie, het is belangrijk om te begrijpen waarvoor het ras gefokt is. Eigenaars vergeten vaak dat het gedrag dat de hond aanspoort om weg te lopen of dicht bij je te blijven, te jagen of te bewaken, te achtervolgen en te doden of te hoeden, het resultaat is van een zorgvuldige selectie. Onderzoek de geschiedenis van je ras en praat met mensen die de kenmerken van je ras begrijpen. Je zult ontdekken dat de aanleg van Bello, zowel vervelend als amusant, precies datgene is wat hem maakt tot wat hij is. Je kunt dan beslissen op welke manier je het beste met de instincten van je hond om kunt gaan en waar je de trainingsinspanningen op moet richten.
Train je hond. Iedere hond moet goede basismanieren hebben, maar honden worden niet geboren met het besef hoe ze zich moeten gedragen. Neem de tijd om je hond te trainen op een consequente manier, daarbij gebruik makend van vriendelijke, positieve trainingsmethoden. Probeer een hondenschool te vinden, waarvan de methode en filosofie je aanspreekt. Wanneer je geconfronteerd wordt met een gedragsprobleem dat je niet kunt oplossen, vraag dan aan mensen die je vertrouwt, welke ervaren trainer ze kunnen aanbevelen en zorg dat je snel professionele hulp krijgt. Hoe sneller je aan een probleem begint te werken, hoe sneller het opgelost is.
(noot van de vertaler) Denk bij een speeltje bijvoorbeeld aan een “kong”. Dit is een ingenieus kegelvormig speelgoed van hard rubber, waarin je lekkers kunt stoppen, dat de hond er uit moet zien te krijgen. Onder andere te koop in dierenspeciaalzaken.